Elektriciteitsgebruik


In 2022 bedroeg het totale Nederlandse energiegebruik 1850 PJ (CBS 2023w). In het overzicht in figuur 1 is elektriciteit als energiebron opgenomen, terwijl die zelf wordt geproduceerd uit de andere energiebronnen. Het overzicht betreft het verbruik van brandstoffen, warmte en elektriciteit door energieafnemers en het verbruik van primaire energiedragers voor omzetting door energiebedrijven. De energievraag van huishoudens is in totaal 408,2 PJ, maar daar is transport niet bij inbegrepen. Voor de industrie is de opdeling over verschillende energiedragers in figuur 1 aangegeven:


Figuur 1. Energiebalans met daarin de een overzicht van de bijdrage van energiedragers aan de industrie. Bron: Eurostat 2021w

Het gasverbruik neemt al langer geleidelijk af en is nu ongeveer 1200 m$^3$ per huishouden. De enorme toename van aantal en variëteit van elektrische apparaten in huishoudens heeft geleidt tot een toename in het elektriciteitsverbruik. De koelkast, vriezer, TV, wasdroger en wasmachine zijn de individuele apparaten met het grootste verbruik (Energietrends 2022w). Uitgesplitst naar functie, is verlichting de meest energie-intensieve: ca. 16% wordt gebruikt voor verlichting.

Energiebesparing


Energielabels

Om consumenten te stimuleren zuiniger en bewuster met energie om te gaan, is onder meer in 1992 het Energielabel geïntroduceerd (Energielabel.nl 2024w). Het Energielabel is een door de Europese Unie verplicht informatielogo. Het geeft met letters (A tot en met G) en kleuren (donkergroen tot en met rood) informatie over het energieverbruik van een apparaat, zoals te zien is in figuur 2. In de tussentijd zijn er ook de nog zuinigere labels A+, A++ en A+++ bijgekomen. Het label zit verplicht op nieuwe afwasmachines, airconditioners, koelkasten en vriezers, ovens, televisies, verlichting, wasdrogers, was-droog combinaties, en wasmachines. Deze betreffen (op ovens na) allemaal elektrische apparaten en daarmee kan het Energielabel dus primair worden gezien als middel om de elektriciteitsconsumptie te beperken.

Een uitzondering op deze regel is de labels van auto's en woningen, waar het gaat om respectievelijk het brandstofverbruik en de warmtebehoefte. De aanschaf van zuinige auto’s wordt gestimuleerd met een belastingkorting op de zuinigste auto in zijn klasse. Vanaf 1 januari 2008 wordt het ook voor verkopers en verhuurders van woningen verplicht een energielabel te laten zien, dat alleen door een erkende adviseur mag worden vastgesteld.


Figuur 2. Voorbeeld van een energielabel voor een televisie. Bron: Energielabel 2024w


Slimme meters

Een andere manier om consumenten te stimuleren bewuster om te gaan met energie, en elektriciteit in het bijzonder, is de introductie van slimme meters. De oude vertrouwde stroommeter is een analoge meter. Als een huishouden teruglevert aan het net, loopt de meter terug. Het enige wat de meter meet, is feitelijk het nettoverbuik dat jaarlijks wordt afgelezen (door de meteropnemer of door de eigenaar) en doorgegeven aan de leverancier. Slimme meters zijn er in verschillende soorten, maar het principe is dat ze het elektriciteitsverbruik vaker lezen (tot een frequentie van 10 seconden) en daarmee het verbruik voor de consument en/of de netbeheerder real-time inzichtelijk maakt. De gedachte is dat als de consument inzicht krijgt in zijn consumptiepatroon en kan nagaan in hoeverre hij dat kan bijstellen, om bijv. gebruik te maken van goedkope daluren. Door toepassing van informatie- en telecommunicatietechnologie zijn de meters op afstand uitleesbaar en wordt het mogelijk om huishoudelijke apparaten op afstand te laten aansturen, bijv. door de netbeheerder. Lees verder op de pagina slimme meters.

Bronnen

Energietrends 2022w,
CBS 2023w,
Energielabel 2024w, Energielabel Televisie, Energielabel.nl, geraadpleegd 11 januari 2024
Energielabel.nl 2024w, Nieuwe energielabels, Energielabel.nl, geraadpleegd 11 januari 2024
Eurostat 2021w, Sankey diagram van het energiegebruik in Nederland, geraadpleegd 15 januari 2024

Laatste wijziging: 15-01-2024
Creative Commons-Licentie
Deze publicatie valt onder een Creative Commons licentie. Zie hiervoor het colofon.