Isotopen


Het periodiek systeem der elementenw is een systematisch overzicht van alle bekende scheikundige elementen en geeft informatie over onder het aantal protonen in de kern en de massa van atomen. Het aantal protonen in de kern wordt het atoomnummer of atoomgetal genoemd en staat linksonder voor het symbool van het element. Elk element heeft een eigen atoomnummer. De massa van een atoom, de atoommassa, staat linksboven voor het symbool van het element, bijvoorbeeld 168O.

Van de meeste elementen bestaan meerdere isotopen. Deze isotopen hebben hetzelfde aantal protonen en elektronen, maar een verschillend aantal neutronen in de kern. De gemiddelde atoommassa opgenomen in het periodiek systeem is bepaald voor de natuurlijk voorkomende mix van isotopen voor elk element. Van koolstof, C, bestaan bijvoorbeeld 12C, 13C en 14C isotopen met een atoommassa van respectievelijk 12, 13 en 14 u. De gemiddelde atoommassa van koolstof is 12,01 u doordat het aandeel 13C en 14C zeer klein is. Chloor (Cl) heeft een opvallende atoommassa van 35,45 u. De verhouding tussen de isotopen 35Cl en 37Cl in de natuur is blijkbaar ongeveer 3:1.

Veel isotopen zijn niet stabiel; ze vallen spontaan uiteen. Dit radioactief verval verloopt exponentieel. Elk instabiel isotoop heeft een karakteristieke halfwaardetijd. De halfwaardetijd van U-235 is bijvoorbeeld 704 miljoen jaar.

Laatste wijziging: 12-10-2022
Creative Commons-Licentie
Deze publicatie valt onder een Creative Commons licentie. Zie hiervoor het colofon.